Onder de paraplu ban de banenafspraak kreeg Simon een proefplaatsing aangeboden.

In het begin wist zijn leidinggevende echter niet wat met hem te beginnen. Simon gedroeg zich eigengereid. Hij kwam en ging wanneer het hem uitkwam, was op vergaderingen en andere afspraken altijd te laat en was zeer in zichzelf gekeerd. Socialtalk was niet aan hem besteed. Op de vraag: “Hoe gaat het met je, Simon?” was zijn antwoord: “Goed,” en daarmee was voor Simon het gesprek ten einde.

Mij werd om hulp gevraagd bij deze situatie door de leidinggevende van Simon. Simon zelf vroeg mij om hulp om de details van zijn baan uitgelegd te krijgen. Langzaam maar zeker wist ik het vertrouwen van Simon te winnen en legde ik hem uit wat het effect was van zijn gedrag op zijn leidinggevende en zijn collega’s. Ik vroeg hem of dit was wat hij wilde. “Nou, niet helemaal,” was zijn antwoord. Met veel humor en rollenspelen hebben we aan gedragsveranderingen gewerkt. Het ging niet altijd even makkelijk. Op mijn vraag of hij bepaald gedrag in de praktijk wilde uitproberen, ging hij regelmatig grommend akkoord.

Uiteindelijk vertelde hij mij dat bij hem de diagnose ADD is geconstateerd in zijn puberteit. Ik vertelde hem dat ik niet geïnteresseerd ben in de diagnose van iemand, maar in zijn gebruiksaanwijzing. Naast gesprekken met Simon heb ik ook gesprekken gevoerd met zijn leidinggevende. Ik heb haar uitgelegd wat het effect van haar gedrag op Simon was. Ook ben ik het gesprek aangegaan met hen beiden.

Na een paar maanden veranderde de situatie. Simon begon te ontdekken dat hij veel kon beïnvloeden door zijn eigen gedrag. Hij werd vriendelijker en aanspreekbaarder. Dit gecombineerd met het goede, snelle werk dat hij aflevert, heeft hem tot een gewaardeerde collega gemaakt. Men vind het wel wat vreemd, maar eigenlijk is dat juist zo leuk. Vorige week heeft Simon een jaaraanstelling aangeboden gekregen.